Juliana
de Lannoy wilde net als haar mannelijke tijdgenoten als schrijfster de
literaire onsterfelijkheid bereiken. Het was voor haar niet zoals voor andere
vrouwen een “charmante liefhebberij” maar
een ambitie om een algemeen erkend dichteres te worden. Ze gaat hiermee
de concurrentie aan met haar mannelijke vakgenoten.
Ze
beschouwt het als een kwestie van beschaving dat het vrouwen wordt toegestaan
om net als mannen voluit deel te nemen aan de maatschappij in al haar
geledingen, instituties en functies. Als vrouwen de kans zouden krijgen zich op
gelijke wijze als de mannen zich te ontwikkelen zouden zij op het terrein van
de krijgsmacht, de politiek en de rechtspraak, evenals op literair terrein een
belangrijke maatschappelijke bijdrage kunnen leveren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten